Amsterdam is big business. De huizenmarkt is krap en onbetaalbaar en geld lijkt in veel gevallen de hoofdmoot te worden. Kunstenaars vertegenwoordigen hierin vaak een tegenkracht en zijn autonoom in hun denken en doen. Kunstenaars houden de stad levend en durven buiten de lijntjes te kleuren. Dat maakt hen van grote waarde voor de stad. Daarom heeft GroenLinks Amsterdam zich de afgelopen jaren steeds ingezet voor het behoud van ateliers en vrijplaatsen voor zoveel mogelijk kunstenaars. Of zoals Godpipo (pseudoniem van kunstenaar Arjan Winklaar) zegt op Mister Motley: “Kunstenaarsinitiatieven, hebben de toekomst.”
Het opkomen voor de waarde van kunstenaars blijft nodig. Eerder zorgden we er al voor dat het inkomen van de partner (de partnertoets) niet meer meetelt voor het huren van een atelier. En vorige week was er een nieuw succes. Onze eerdere inzet om het delen van ateliers mogelijk te maken, werd beloond. Wethouder Kajsa Ollongren zegde tijdens de commissievergadering toe om te zorgen dat dit straks niet alleen in broedplaatsen maar ook voor ateliers kan gelden. Heel mooi en logisch: door te delen kunnen meer kunstenaars gebruik maken van atelierruimtes en kosten delen.
En er is meer actie nodig. Uit het werkplan van Bureau Broedplaatsen blijkt dat 600 (ongeveer tweederde van de voorraad) ateliers in het bezit van corporaties zijn. En dat is tricky. Het gevaar van verkoop door corporaties, voor wederom geld, ligt op de loer. En het is cruciaal om juist deze panden te behouden, eens verdwenen is vaak voor altijd weg. Daarom hebben wij per motie bij het vaststellen van het Broedplaatsenbeleid gesteld dat het aantal m2 van de zgn. ‘ijzeren voorraad’ niet onder het huidige aantal m2 mag komen. De wethouder ziet dit belang gelukkig vooralsnog ook en is met de corporaties om tafel gegaan. De uitkomst lijkt nu een convenant te worden, waarin de corporaties zich conformeren om ateliers als alteliers te behouden, niet te verkopen en dus geen m2 te verliezen. Wij houden de ontwikkeling van dit convenant nauwgezet in de gaten.
Een ander punt zijn de huurprijzen van ateliers en de transparantie van wat kunstenaars betalen. De gemeente Amsterdam heeft helaas een beleid van ‘kostendekkend’ verhuren ingevoerd. Dat betekent dat ieder pand moet opbrengen wat het kost. GroenLinks Amsterdam deelt dit standpunt niet omdat wij vinden dat de overheid bij bepaalde gebouwen best geld bij mag leggen. Juist omdat we sommige functies in tijden van een steeds verder vercommercialiserende stad zo belangrijk vinden. Maar dit college vindt dat niet: alles moet kostendekkend zijn. Dus kregen veel kunstenaars de laatste tijd in nieuwe huurcontracten te maken met huurverhogingen. Niet altijd enorme bedragen in euro’s, maar wel in procenten. GroenLinks vindt dat dat tenminste transparant moet zijn: kunstenaars moeten weten hoe hun huur is opgebouwd. Hoeveel betalen ze voor de afschrijving en het onderhoud van hun pand en wat wordt er dan onderhouden en wanneer? De wethouder heeft toegezegd dat ze haar best wil doen om dit in ieder geval voor de kunstenaarsbonden inzichtelijk te maken.
Platform BK en de Kunstenbond lanceerden overigens onlangs een meldpunt waar ervaringen met het atelierbeleid gedeeld kunnen worden. GroenLinks juicht het toe dat de kunstenaars en hun bonden hun betrokkenheid zo steevast tonen en aankaarten. Dat geluid is precies het geluid waarom wij blijven opkomen voor het belang van kunstenaars in Amsterdam.