Dit artikel verscheen 25 november in Het Parool
Het Parool opende woensdag met een ronkend bericht: ‘Stad opent offensief tegen smerigheid’. Een blik op de uitpuilende prullenbakken en het vele zwerfvuil is genoeg om te weten dat dit hard nodig is.
Maar dan de feiten. Sinds 2014 bezuinigt dit college van VVD, D66 en SP voor bijna 59 miljoen euro op het schoonhouden van de stad. Een deel daarvan werd gebracht met fraaie bestuurlijke termen als ‘slagvaardige overheid’. Enige efficiencywinst was misschien nog wel te behalen, maar ondertussen verliezen 200 mensen bij de stadsreiniging hun baan. Dat heeft effect.
Het ophalen van huis- en grofvuil? 15 miljoen euro minder, en de Amsterdammer moet zelf grofvuil gaan wegbrengen. En als klap op de vuurpijl houdt men geen rekening met de nieuwe woonwijken die de afgelopen jaren zijn gebouwd en nu nog worden gebouwd. Die schoonhouden vraagt nu eenmaal meer geld. Maar het benodigde geld wordt niet geleverd.
Kortom, per saldo is en wordt er nog altijd hard bezuinigd! En dan nu de sier maken met een investering van 11 miljoen? Het college stelt de zaken veel mooier voor dan ze in werkelijkheid zijn.
PvdA, GroenLinks en CDA hebben de afgelopen jaren meerdere voorstellen gedaan om structureel te investeren in het schoon en netjes houden van de stedelijke infrastructuur en de openbare ruimte. De raad heeft al in 2014 besloten dat de stad er overal verzorgd bij moet liggen.
Beter laat dan nooit? Klopt. Maar de enorme drukte, de snelle bevolkingsgroei, de komst van een miljoen extra toeristen in één jaar en het gegeven dat een deel van de stad kampt met achterstallig onderhoud omdat jarenlang te weinig is uitgegeven aan de openbare ruimte, maken duidelijk: dit is niet alleen te laat, maar ook te weinig.
Onze stad verdient beter.
Jasper Groen, GroenLinks Amsterdam
Carolien de Heer, PvdA Amsterdam
Diederik Boomsma, CDA Amsterdam