De Amsterdamse woningmarkt wordt steeds vaker omschreven als overspannen, oververhit of zelfs drooggekookt. De vraag naar betaalbare woningen neemt toe, terwijl het aanbod afneemt. Een zogenaamde 'middenhuur'-woning is voor een gemiddeld gezin of stel onbetaalbaar. Een sociale huurwoning kun je vergeten, tenzij je meer tien jaar ingeschreven staat. En ook voor starters op de koopmarkt wordt Amsterdam steeds minder betaalbaar. Als in Amsterdam alleen nog rijke mensen kunnen komen wonen, dan is de stad niet langer een 'emancipatiemachine'.

Ook het beleid van de Amsterdamse coalitiepartijen D66, VVD en SP draagt bij aan het steeds duurder worden van Amsterdamse woningen: door vast te houden aan de verkoop van sociale huurwoningen, door te soepel om te gaan met Airbnb en nu weer door bijna alle regels voor woningdelen vrij te geven.

Woningdelen

Als het gaat om de verkamering van Amsterdamse woningen lijkt het college de deur wagenwijd open te zetten voor huisjesmelkers. Dat gaat ten koste van huurders en leidt tot winstmaximalisatie per vierkante meter. Op die manier wordt de stad onbetaalbaar voor studenten, sociale huurders, starters en middeninkomens. De ASVA studentenunie berichtte recentelijk dat een groot aantal studenten veel te veel  betaalt voor hun kamer of gedeelde woning.

In het coalitieakkoord van D66, VVD en SP staat dat 'een aantal' regels voor woningdelen worden losgelaten om woningdelen makkelijker te maken. Op zich niks mis mee, zou je denken. Laat mensen zelf weten welke samenlevingsvorm ze kiezen. Maar in de praktijk van de Amsterdamse woningmarkt is geen sprake van kiezen. Regels zijn nodig om huurders te beschermen tegen uitbuiting en buurten tegen prijsopdrijving.  Deze coalitie stelt echter voor om bijna álle regels voor woningdelen los te laten. Bij de VVD moeten ze een gat in de lucht hebben gesprongen.

Bezemkasten tegen woekerprijzen

Niet alle oude regels waren zaligmakend en wat niet werkt moet je natuurlijk verbeteren. Maar in het huidige voorstel blijven nauwelijks regels over: er komt weliswaar een vergunningsplicht voor woningdelen, maar de enige voorwaarde daarbij is het hebben van een gezamenlijke ruimte. Verder wordt alleen getoetst aan veiligheid en geluidsoverlast.

Het voorstel laat regels zoals een gemiddeld minimumoppervlak van 15m2 voor de kamers in een gedeelde woning los. Ook is er geen maximum aantal te verhuren kamers per buurt en er is geen enkele rem op het verkameren van hele panden of hele straten. Roemruchte voorbeelden zoals tien verkamerde panden met bezemkasten voor woekerprijzen  in de van Bossestraat in de Staatsliedenbuurt worden zo mogelijk. GroenLinks wil dat zoveel mogelijk kamers onder het puntenstelsel vallen. Dat biedt de meeste huurprijsbescherming. Iemand die een kamer huurt kan immers naar de huurcommissie. Mensen die samen een woning delen op één contract kunnen dat niet, terwijl Amsterdam daar wel op aanstuurt.

GroenLinks zal in de raad een maximum aantal te verkameren woningen per buurt en pand voorstellen , om zo het prijsopdrijvend effect per buurt te beperken. Ook willen we zekerstellen dat er per kamer een minimumoppervlak gegarandeerd is. In een bezemkast kun je immers niet wonen!