“Winst maken van duurzaamheid”, heet een bijeenkomst waar ik zo heen ga. Een van mijn collega's bij Milieudefensie trok een vies gezicht. 'Moet daar ook al winst mee gemaakt worden?' Wij zagen al een heel scala aan greenwashing companies voor ons die uit ieder duurzaamheidshypje wel hun slag weten te slaan.

Beetje sceptisch zat ik dan ook te luisteren op de achterste rij naar een meneer die vertelde dat je om een boom te planten drie houten palen nodig hebt – drie gekapte bomen dus, om een boom te planten. Dat is natuurlijk idioot. Maar hij had de oplossing: je kan ze ook van plantaardig plastic maken, van aardappelzetmeel! Dat kost ook CO2 en grondoppervlak, dacht ik, en duurt nog een jaar of 7 voor het verteerd is. Het mag toch duurzaam en biologisch afbreekbaar genoemd worden, het is vast ook beter dan houten palen. Hij<natural plastics: http://www.duurzaambomenplanten.nl > heeft mij een mooi certificaat uitgereikt omdat Amsterdam zijn produkt gekocht heeft, 934 stuks. Het certificaat is afgegeven door Trees for Travel, jeweetwel die club van de vliegtuig-aflaten.

 

Psst, zei Jan Hoek, collega-raadslid voor GroenLinks die naast me zat, met een veel groter vermogen tot (plan)optimisme dan ik. “Dat wantrouwen van jou tegen ondernemers zit wel diep, he?” Humpfm

Toen kwam er iets met autowassen. Voor mij als wereldvreemde onaangeharkte groenlinkser zonder auto toch wel een leerzaam moment. Interessant hoeveel milieuwinst hier te behalen is. Nu worden er nog miljarden liters kostbaar water gebruikt om het blik op straat schoon te houden.

  

Iets dat me echt aansprak: WeGo.<http://www.wego.nu/&gt; Je moet het promo-filmpje op hun website maar eens bekijken. Weliswaar lijkt de voiceover op de stem van dat mens van Z@ppelin, maar het filmpje is leuk. Het is een autodeelproject dat werkt als marktplaats. Vanaf nu kan je gewoon van iedereen iedere soort auto huren, of je eigen auto verhuren. In West krijg je korting op je parkeervergunning als je mee doet. Leuk he, van onze Dirk de Jager (GroenLinks bestuurder in West). Dit is dus leuk, want deze ondernemer zorgt dat iedereen een beetje van alles is: producent, consument en consuminder en deel van een gemeenschap dus. Samen delen, dat leert mijn peuter op de crèche ook. Je kan er tegenwoordig ook winst mee maken. Dat vind ik dus leuk.

 

Los van wat ik leuk vind. Winst maken met duurzaamheid is natuurlijk hartstikke goed, want als het keihard geld oplevert is het geen kwestie meer van leuk of goed, maar is het ook gewoon rationeel. Helaas is dat nog geen garantie voor dat het dan ook vanzelf en snel gaat. De olieverslaafde economie is een diep ingesleten cultuur.  Ruimte en tijd om te investeren in transitie moet echt bewust, en tegen sommige belangen in, gemaakt worden.

 

Wat moet de overheid doen? De ondernemers vinden natuurlijk gewoon dat de overheid hun producten moet afnemen, in ze moet investeren, belastingdrempels wegnemen, voor ze reclame maken en enthousiast zijn. En nog wat van die vage dingen als een speelplaats bieden, open deuren, meer zekerheid en het juiste klimaat. Eventueel vinden ze dat we anderen ook moeten verplichten hun producten af te nemen. Tja.

 

Twee praktische ideeën:

-        Met D66 woensdag in de Raad een motie indienen of we niet vaker launcing customer kunnen zijn van duurzame bedrijven.

-        Investeerders vinden is moeilijk. Het zou transparanter moeten worden door een vraag/aanbod site voor duurzame investeringen. Ook de overheid kan investeren, en kan andere misschien passender criteria stellen dan banken. Er is concreet een Amsterdams Investeringsfonds met een klimaatpijler. Daar zou dat van moeten kunnen.

 

Belastingdrempels liggen in Den Haag. Liesbeth van Tongeren van de Tweede Kamerfractie is daar al druk mee bezig. Hopelijk komt er nog iets van beweging in... want zoals het landelijke duurzaamheidsbeleid er nu uitziet, zie ik maar 1 uitweg voor duurzaamheid in Nederland: en dat is dat er een paar Nederlandse ondernemers winst maken door onze Duitse vooruitstrevende buren de nodige duurzame producten te verkopen... Dat zou dan groene concurrentiekracht zijn ondanks onszelf.