Op 21 maart werd GroenLinks de grootste partij in de Amsterdamse gemeenteraad. De dag erna begon oud-wethouder Maarten van Poelgeest als informateur voor een nieuw stadsbestuur. Hij vroeg alle partijen in de Amsterdamse raad om een brief te schrijven met het antwoord op de volgende vragen: 1) wat zijn de grootste uitdagingen voor Amsterdam, 2) wat is uw duiding van de verkiezingsuitslag en 3) welke mogelijke coalities ziet u? Vandaag kwam hij met zijn verslag. Dit is onze brief.

Geachte heer van Poelgeest, beste Maarten,

GroenLinks Amsterdam is verheugd over de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen. Wij zijn blij dat Amsterdammers hebben gekozen voor een nieuwe koers en de grote uitdagingen in de stad (radicale verduurzaming, het bestrijden van ongelijkheid en het versterken van verbondenheid) gezamenlijk met ons willen aangaan. U heeft ons gevraagd te reflecteren op een aantal zaken. Wij lopen ze hieronder af, te beginnen bij de uitdagingen waar de stad voor staat.

Wat zijn de grootste uitdagingen voor Amsterdam?
Het halen van de klimaatdoelstellingen is ontegenzeggelijk een van de grootste, zo niet de grootste opgave, waar niet alleen de gehele wereld, maar ook Nederland en Amsterdam voor staan. Om deze doelstellingen te realiseren is het noodzakelijk dat Amsterdam fors gaat investeren in de verduurzaming van de stad. Maar er is ook een trendbreuk nodig, een wezenlijk andere aanpak waarin moedige keuzes moeten worden gemaakt en de gemeente de regie neemt (denk bijvoorbeeld aan Amsterdam aardgasvrij). Daarvoor is bij dit thema partij-overstijgende betrokkenheid en inzet nodig en dienen we samen te werken met al onze partners in de stad en, vanzelfsprekend en niet in de laatste plaats, met de inwoners van Amsterdam. Wij denken dat ook een andere visie op mobiliteit onderdeel moet zijn van deze ambitie. Het terugdringen van CO2-uitstoot en het verbeteren van de luchtkwaliteit in onze stad gaan hand in hand.

Wij maken ons erg zorgen over de groeiende ongelijkheid in de stad. Er is een groot tekort aan betaalbare woningen voor zowel lage als middeninkomens. Schuldenproblematiek neemt toe. En de ongelijkheid in gezondheid tussen lager en hoger opgeleiden is groot en groeit. Ook zien we ongedocumenteerde vluchtelingen vaak verstoken zijn van basisrechten en dat dak- en thuislozen worstelen om hun weg te vinden en te overleven in het systeem. Om ongelijkheid te bestrijden zijn daarom forse investeringen nodig in het sociaal domein.

Bovenstaande ontwikkelingen kunnen niet los gezien worden van het groeiend aantal meldingen van racisme en discriminatie en verschillende ‘incidenten’ in de stad die daaraan gerelateerd zijn. Wij maken ons daar zorgen over en zien het als belangrijke opgave om, in aanvulling op het bestrijden van ongelijkheid, te investeren in het verbinden van Amsterdammers.

Tenslotte denken wij dat verandering in de stad alleen bewerkstelligd kan worden als we Amsterdammers veel meer de ruimte geven om hun leefomgeving zelf vorm te geven. We willen Amsterdammers niet alleen betrekken bij besluitvorming, maar ook veel meer zeggenschap geven. Dat kan bijvoorbeeld door het geven van buurtrechten, het creëren van vrijplaatsen en het beheren van publieke voorzieningen door groepen Amsterdammers (commons).

Bij veel van bovengenoemde vraagstukken en in het bijzonder bij het vraagstuk van betaalbaar wonen, zien we dat we de grip op de markt verliezen of al verloren hebben. Waar de overheid zich heeft teruggetrokken lukt het niet om duurzame doelstellingen te realiseren en sociale voorzieningen toegankelijk te houden voor iedereen. Wij menen dat het noodzakelijk is om die grip op de markt, door overheid en vooral door Amsterdammers, terug te krijgen en nieuwe politieke instrumenten te ontwikkelen om dat te realiseren.

Wij zien grote samenhang in de aard van deze uitdagingen en zijn er van overtuigd die alleen met een gedeelde en brede visie te kunnen aanpakken. We zien ook dat de benoemde uitdagingen niet in vier jaar kunnen worden opgelost, dat vergt duurzame investeringen in samenwerking tussen de overheid, Amsterdammers en alle betrokken partners in de stad.

Wat is uw duiding van de verkiezingsuitslag?
We zien dat Amsterdammers hebben gekozen voor links: GroenLinks, PvdA, SP, PvdD, DENK, ChristenUnie en BIJ1 hebben gezamenlijk 26 zetels. Dat is een versterking ten opzichte van de huidige verhoudingen. Daarnaast zien we ook dat ‘groen’ duidelijk gewonnen heeft. Niet alleen GroenLinks groeit van 6 naar 10 zetels, ook de Partij voor de Dieren heeft forse winst geboekt (van 1 naar 3 zetels). We constateren ook dat de coalitiepartijen gezamenlijk verloren hebben. Zij verliezen 9 zetels. Wij zien dat als een signaal dat Amsterdammers een andere koers willen.

We kunnen er tenslotte niet om heen om op te merken dat er meer partijen zijn vertegenwoordigd in de raad. Wij vinden het een positieve ontwikkeling dat meer verschillende groepen nu worden gerepresenteerd door partijen als DENK, ChristenUnie en BIJ1. Wij zijn er daarom des te meer van overtuigd dat een coalitieakkoord zal moeten rusten op breed draagvlak onder alle partijen. Wij vinden ook dat een toekomstige coalitie zich beter moet verhouden tot de stad in haar totaliteit en aandacht moet hebben voor de noden van álle gebieden in de stad.

Welke mogelijke coalities ziet u?
Gezien de verkiezingsuitslag, voelen wij de verantwoordelijkheid om het initiatief te nemen bij het formeren van een nieuw stadsbestuur. Eerder hebben we al aangegeven dat wij de voorkeur hebben voor een links stadsbestuur.

We geven ook de voorkeur aan een stabiel stadsbestuur dat elkaar vindt in een gezamenlijke visie op de stad en oplossingen voor Amsterdamse vraagstukken; zij moet in gezamenlijkheid een coalitieakkoord uitdragen en dat onderschrijven. Wij denken dat een ‘uitruil’-coalitie niet in staat zal zijn een antwoord te vinden op de grote uitdagingen waar de stad voor staat. Hoewel wij het belangrijk vinden dat álle partijen gezamenlijk werken aan deze uitdagingen, denken wij ook dat een college waarin méér dan vier partijen zijn vertegenwoordigd niet de noodzakelijke stabiliteit kan bieden. Een meerderheid van 23 zetels is tegelijkertijd in onze ogen wel een erg smalle vertegenwoordiging van de partijen in de raad.

Gedurende de campagne heeft GroenLinks aangegeven dat samenwerking met Forum voor Democratie in een college uitgesloten is. Samenwerking in een stadsbestuur met DENK hebben we eerder als problematisch benoemd. In beide gevallen hangt dit sterk samen met de opstelling van landelijke politici van deze partijen. We denken vervolgens ook dat een coalitie van GroenLinks, D66 en VVD geen recht doet aan de verkiezingsuitslag. In deze coalitie zouden wij ons onvoldoende in staat weten de bovengenoemde vraagstukken op te lossen.

Gegeven bovenstaande overwegingen denken we daarom dat er vijf mogelijke coalities voor de hand kunnen liggen. We noemen ze in willekeurige volgorde:

- GroenLinks, D66, PvdA, SP (26 zetels)
- GroenLinks, D66, PvdA, PvdD (26 zetels)
- GroenLinks, VVD, PvdA, SP (24 zetels)
- GroenLinks, VVD, PvdA, PvdD (24 zetels)
- GroenLinks, D66, SP, PvdD (24 zetels).

Wij denken dat verdere verkenningen noodzakelijk zijn om te onderzoeken welke van bovengenoemde combinaties, een stabiel stadsbestuur kan vormen dat een gezamenlijke visie heeft op de grote uitdagingen waar deze stad voor staat.

Tijdsplanning
Tenslotte heeft u ons gevraagd naar het tempo waarin de coalitievorming moet plaatsvinden. Wij denken dat het goed is om de vaart erin te houden en waar keuzes gemaakt kunnen worden dat ook snel te doen, onder de voorwaarde dat andere partijen zich daar ook comfortabel bij voelen. We willen het proces zeker niet overhaasten. We denken ook dat het verstandig is de formatiefase te starten met een gezamenlijke verkenning naar een gedeelde grond voor goede samenwerking alvorens de onderhandelingen te starten.

Hartelijke groet,
Rutger Groot Wassink
Femke Roosma