Hier is de bijdrage van Maarten van Poelgeest te lezen in de raadsvergadering van 13 juli over het gesjoemel met fractievergoedingen.
Tot afgrijzen van GroenLinks blijft de discussie over de fractievergoedingen doorzieken. En dat is schadelijk, zeer schadelijk. Niet alleen staat het vertrouwen in de politiek in het algemeen op het spel, maar inmiddels ook de geloofwaardigheid van deze gemeenteraad.
Later in deze vergadering discussiëren we over de kostenbeheersing van de Noord/Zuidlijn. Verschillende fracties - GroenLinks zeker - zullen kritische noten kraken over de eerdere bravoure van het college die zei alle risico’s te kennen. Die kritiek, hoe terecht ook, verliest aan kracht nu blijkt dat enkele fracties niet eens in staat zijn hun eigen geld naar behoren te beheren. Daarmee wordt de positie van de raad als controleur van het college ernstig verzwakt.
Enkele weken geleden konden we nog constateren dat er grote fouten waren gemaakt. Dat is ernstig voor het vertrouwen, maar kan hersteld worden. Maar het gedraai, het gechicaneer van de fracties van Leefbaar Amsterdam en Mokum Mobiel dat hierop volgde heeft de kans op een spoedig herstel van vertrouwen klein, zo niet nihil gemaakt.
We hebben de laatste weken de hele trukendoos aan ons voorbij zien trekken: de glasharde ontkenning, een zoekgeraakte administratie, nieuwe schoendozen met bonnetjes die na het verstrijken van de deadline toch nog ingediend werden, het internet gedoe in een duister kantoor. Populisten brullen om het hardst dat politici zakkenvullers zijn, maar inmiddels weten wij dat bij de ‘nieuwe politiek’ het geld verdwijnt in de zakken van op kosten van de gemeenschap aangeschafte kostuums.
De fracties van Mokum Mobiel en Leefbaar Amsterdam moeten zich schamen, diep schamen.
Wat dat betreft moet ik de fractie van de VVD een compliment maken. Zij heeft in alle openheid haar fout zelf naar buiten gebracht en deze ruiterlijk toe gegeven. Zij heeft het verlies van een wethouder geïncasseerd. En zij heeft gemeld niet moeilijk te doen over het terugstorten van geld.
Er staat anderen niets in de weg hun voorbeeld te volgen.
Ik ga er vanuit dat het CDA dat ook zal doen. Het heeft mij overigens wel verbaasd dat de fractievoorzitter van het CDA in 2004 een extra vergoeding kreeg. Mevrouw Spee, claimt u nog steeds dat het hier gaat om geld ter vergoeding van daadwerkelijk gemaakte onkosten en niet om loon? En zo ja, kunt u dan uitleggen waarom die onkosten er in 2004 wel waren en ze er in 2005 niet meer zijn?
Ik ga er ook vanuit dat de SP nu snel met een overzicht komt over 2002 waaruit helder blijkt dat de gelden één op één gebruikt zijn voor ondersteuning van de SP-fractie in Amsterdam en niet voor SP-fracties in andere gemeenten. De vraag is wel waarom dit overzicht er nu niet ligt.
In het rapport Elzinga wordt de betekenis van artikel 99 van de gemeentewet helder uiteen gezet. Het komt er op neer dat raadsleden domweg geen extra onkosten bovenop hun vaste onkostenvergoeding mogen declareren.
In technische zin ontstaat hierbij een probleem als het gaat om terugvorderen. Stel een partij organiseert een discussiebijeenkomst en besluit uit gastvrijheid alle deelnemers een gratis kopje koffie aan te bieden. De uitbater van het zalencentrum wil aan het eind van de bijeenkomst meteen afrekenen. Een raadslid schiet het geld voor en declareert dit later bij de fractie. Het is evident dat een dergelijke declaratie niet valt onder artikel 99 van de gemeentewet. Dergelijk bedragen hoeven wat ons betreft niet terug betaald te worden.
Voor de toekomst vindt GroenLinks dat we dit wel strakker moeten regelen. In mijn voorbeeld heeft de uitbater pech en moet hij gewoon een rekening sturen naar de fractie. Om onduidelijkheden in de toekomst te voorkomen, moeten raadsleden niet langer bedragen voorschieten.
Het rapport Elzinga maakt ook opmerkingen over de uitgaven die fracties doen voor publicitaire activiteiten. Elzinga meent dat dergelijke uitgaven al snel het karakter krijgen van partijfinanciering, waarvoor in zijn optiek de gelden voor ondersteuning van fracties niet bedoeld zijn. Hij zegt overigens wel helder en duidelijk dat dergelijke uitgaven niet in strijd zijn met de verordening. Hij zegt ook niet tegen vormen van partijfinanciering te zijn op lokaal niveau. Sterker nog, hij schrijft in zijn rapport dat daar hele goede redenen voor zijn, maar dat dit dan apart geregeld moet worden.
GroenLinks begrijpt de redenering van Elzinga, maar is het er niet mee eens. Wij zijn er tegen om de verordening zo in te richten dat een bepaalde opvatting over hoe een fractie zijn werk moet doen aan alle fracties via een verordening wordt opgelegd. De ene fractie hecht meer belang aan haar controlerende taak en zal meer beleidsmedewerkers aan stellen. De andere fractie hecht meer belang aan haar vertegenwoordigende functie en zal meer geld uitgeven aan activiteiten in de stad of de uitgave van een huis-aan-huis krant. Het is om die reden dat wij weinig voelen voor een constructie waar in de verordening bepaald wordt dat fracties bijvoorbeeld tweederde van hun geld aan personeel moeten uitgeven.
Voorzitter,
Ik begon met de constatering dat niet alleen het vertrouwen in de politiek in geding is, maar ook de geloofwaardigheid van de gemeenteraad. Dit kan maar op één manier hersteld worden. Fracties moeten ophouden met zeuren en gewoon het geld vrijwillig terugstorten. GroenLinks hoopt van harte dat zij dit in het belang van ons allen kunnen opbrengen. Zo niet, dan moeten de bedragen in ieder geval ingehouden worden op de gelden voor 2006. Voor het bedrag wat dan nog overblijft, rest ons niets anders dan de weg naar de rechter te volgen.
Maarten van Poelgeest
13 juli 2005