Afgelopen woensdag besprak de commissie het ‘Uitvoeringsplan Afval’. In dit plan neemt het college twee voorstellen van GroenLinks over om meer afval te recyclen. Zo gaat Amsterdam experimenteren met een gedifferentieerd tarief (Diftar) voor afval, waardoor je voor restafval meer betaalt dan voor gescheiden aangeboden afval. Daarnaast ontwikkelt het college volgend jaar een plan van aanpak voor bedrijfsafval, op basis van een initiatief van GroenLinks. Dit zijn mooie successen, maar de vraag is of de coalitie voldoende geld vrijmaakt om ook voortvarend aan de slag te kunnen met het Uitvoeringsplan Afval.
Afvalplan sympathiek, maar dekking deugt niet
Het plan dat is voorgelegd beschrijft alles wat de gemeente zou moeten doen om op termijn veel meer afval te hergebruiken. Slimme containers; pilots met Diftar; buurtexperimenten met gescheiden GFT; zelfs aandacht voor luiers, kattenbakkorrels en kleine elektronica. Maar het tempo waarin deze projecten is afhankelijk van wanneer er geld is om daarin te investeren. Dat is opmerkelijk genoeg weer afhankelijk van het tempo waarin er bezuinigd kan worden op diezelfde afvalketen, want dit college maakt geen extra geld vrij voor een duurzamer afvalbeleid.
Afvalsubsidie in plaats van investeringen
Hoe dat zou moeten werken? Welnu, het college betoogt dat de vuilnisophaal efficiënter kan in Amsterdam. Daarnaast levert het verkopen van afval als grondstof bescheiden inkomsten op. Deze inkomsten zouden dan geïnvesteerd worden in het ‘optimaliseren van de afvalketen’, zodat er meer geld vrijkomt, et cetera. Waar het college even aan voorbij gaat is dat hier de kost voor de baat uit gaat. Als je snel slagen wil maken in de efficiëntie en het terugwinnen van grondstoffen, moet je eerst investeren. Dat laat het college na.
Dit college maakt wel vijftien miljoen euro vrij voor afval, maar heeft ervoor gekozen dat geld allemaal te gebruiken voor een korting op de afvalstoffenheffing voor Amsterdammers die dat niet nodig hebben (een vurige wens van de VVD). Bij GroenLinks noemen we dat een afvalsubsidie. Wij vinden dat je dat geld zou moeten investeren en pas later, als blijkt dat je geld bespaart, de afvalstoffenheffing verlagen.
Duurzaamheid mag best wat kosten
Het is het patroon dat we inmiddels kennen van het college. De verhalen, plannen en agenda’s over duurzaamheid deugen grosso modo wel. Weidse vergezichten, een brede staalkaart van groene opties en lange lijsten van mogelijkheden en ideetjes. Doordat de duurzame programma’s van het vorige college nog lopen gebeurt er zelfs het een en ander.
Maar de door Choho met veel tromgeroffel beloofde inhaalslag - de extra inspanning die je zou verwachten in het jaar na de rechtszaak van Urgenda en het klimaatverdrag van Parijs - blijft uit. Het college heeft deze periode namelijk geen geld over voor duurzaamheid. Wat GroenLinks betreft mag duurzaamheid best wat kosten.