Wethouder Maarten van Poelgeest schreef, samen met Mirjam de Rijk (stichting Natuur en Milieu) en Tjeerd Herrema (wethouder PvdA) een opiniestuk in de Volkskrant over een mogelijke weg langs het Naardermeer.

In de discussie over de inmiddels beruchte A6-A9,  de nieuwe verbinding tussen Amsterdam en Almere, wekken sommigen de indruk dat het gaat om een keuze tussen natuur of mensen. Het sparen van het Naardermeer en de Gein- en Vechtstreek zou, zo wordt gesuggereerd, ten koste gaan van de mensen in Amsterdam Zuid-Oost. Het is een mooie retorische vondst, maar ver bezijden de waarheid.

Om te beginnen zijn de tunnel en de bijbehorende aan- en afvoerwegen niet alleen slecht voor de natuur, maar juist ook voor mensen. In het gebied waar de aan- en afvoerwegen en de tunnelmonden komen, fietsen en wandelen nu jaarlijks honderdduizenden mensen. Het is de achtertuin van Amsterdam. Die achtertuin gaat met de A6-A9-tunnel letterlijk kapot.

De voorstanders van de A6-A9-tunnel (een tunnel door de Gooi- en Vechtstreek en langs het Naardermeer) stellen een schrikbeeld in het vooruitzicht als de nieuwe snelwegtunnel er niet komt: het alternattief is een verdubbelde snelweg dwars door Amsterdam, de huidige Gaasperdammerweg. Ook dat is retorisch sterk, maar het klopt niet. Het hele idee achter het plan van gemeente en milieu-organisaties voor de Gaasperdammerweg (de zogenaamde ‘stroomlijnvariant’) is juist om het béter te maken voor de bewoners er om heen.
De bewoners van Gaasperdam en Zuid-oost wonen nu aan een weg die nooit was bedoeld als snelweg maar dat uiteindelijk wél geworden is. Bijna zonder maatregelen tegen overlast en zonder dat de weg ooit is ingepast in de omgeving rijden hier grote hoeveelheden auto’s langs. De Amsterdamse stroomlijnvariant kan deze weinig aantrekkelijke situatie oplossen.
Dat kan door de bestaande weg dieper te leggen en er daken op te leggen, overkluizen in jargon. Om de bewoners goed te beschermen moet zo’n drie kilometer van de weg worden overkluisd. Daardoor neemt niet alleen de geluidhinder en de luchtvervuiling flink af, de snelweg is dan ook eindelijk geen betonnen barrière meer tussen twee stukken Amsterdam. De bewoners van Zuid-Oost en Gaasperdam strijden hier al decennia voor. Er kunnen zelfs huizen bij worden gebouwd, er kan een park op aangelegd worden, de stad wordt weer één. En de achtertuin vasn Amsterdam, de Gein en Vechtstreek, wordt door de Amsterdamse stroomlijnvariant niet alleen behouden maar plotseling ook veel bereikbaarder, doordat je niet eerst op een snelweg stuit als je de stad uitfietst.
De deelraad van Amsterdam Zuidoost sprak zich onlangs unaniem uit voor deze Gaasperdammer-wegvariant, juist omdat het de leefbaarheid verbetert.

De Amsterdamse variant gaat bovendien niet alleen over asfalt. Verbetering van het openbaar vervoer en invoering van de kilometerprijs zullen er voor zorgen dat het verkeer veel minder toeneemt dan in de berekening waar de minister van uit gaat. Onderzoek van het ministerie zelf laat zien dat de kilometerprijs zorgt voor een sterke afname van de files. De kilometerprijs moet rond 2012 ingevoerd zijn; tunnels aanleggen en wegen verbreden duurt langer. Het is dan ook vreemd dat hetzelfde ministerie bij het berekenen van de benodigde wegcapaciteit de effecten van die kilometerprijs niet of nauwelijks meeneemt.

Het alternatief voor de tunnel langs het Naardermeer is kortom geen stinkende snelweg door Amsterdam Zuid-Oost, maar een combinatie van beter openbaar vervoer, invoering van betalen-per-kilometer en het écht toekomstbestendig maken van de snelweg die nu al door Zuid-Oost loopt.
Een alternatief dat dus niet alleen de bereikbaarheid verbetert, maar ook de leefbaarheid en stedelijke kwaliteit, en zorgt voor behoud van mooi landschap en recreatiegebied.

Mirjam de Rijk, directeur Stichting Natuur en Milieu
Tjeerd Herrema, wethouder Amsterdam
Maarten van Poelgeest, wethouder Amsterdam