Op 22 en 23 februari 1941 werden in Amsterdam 427 jonge, joodse mannen met bruut geweld door de Duitse bezetter opgepakt. Een dag later staakten duizenden Nederlanders tegen de Duitse bezetter. Dit was de eerste en enige keer dat zoveel mensen zich tegelijk uitspraken tegen de jodenvervolging. Tijdens het GroenLinks Congres in Rotterdam herdacht Rutger Groot Wassink deze historische dag met de onderstaande speech.

Piet Nak, Willem Kraan en Dirk van Nimwegen: collega’s, kameraden, communisten. Zij riepen op om de volgende dag, 25 februari te gaan staken uit protest tegen de ontmenselijking en vervolging van joodse Amsterdammers. ’s Nachts werden pamfletten gestencild en verspreid. De volgende dag gonsde het “STAAKT! STAAKT! STAAKT!” door de stad.

Trams reden niet uit. Ponten lagen stil. En tienduizenden legden het werk neer. De mannen van de werven en de meisjes van de Bijenkorf. Gemeenteambtenaren en scholieren. De stad stond stil in eensgezind verzet. Vanuit verbondenheid met Joodse medeburgers.

En de volgende dag sloeg de staking over: Ook in de Zaanstreek, Velsen, Haarlem, Muiden, Weesp, Hilversum, Bussum en Utrecht werd gestaakt tegen de jodenvervolging, tegen het afzonderen en uitsluiten van een minderheid én tegen onderdrukking en onrecht.

Hoewel de Februaristaking het verschrikkelijke lot van vele Joodse Nederlanders niet heeft kunnen voorkomen is het een uniek moment van verzet, dat zich in de Tweede Wereldoorlog, nergens anders op deze schaal heeft voorgedaan. Dat vele Amsterdammers, uit solidariteit met de onderdrukten, in actie kwamen, een streep trokken, en zeiden: “tot hier en niet verder”, was individueel wellicht een kleine daad, maar groots in gezamenlijkheid.

En laten wij 77 jaar later niet alleen dat moment, de stakers en hen die er de hoogste prijs voor hebben betaald herdenken. Laten we stil staan. En laten we bij ons zelf te rade gaan wat dit ons leert. Het verleden is het kompas voor de toekomst. En de richting die de stakers ons wijzen is duidelijk. Opdat wij niet weg kijken bij hedendaagse voorbeelden van onverdraagzaamheid en intolerantie. Want ook nu worden steeds vaker groepen, minderheden, weggezet, uitgesloten en geïntimideerd.

En laat de moed van de stakers, al die dappere mannen en vrouwen, dus een voorbeeld en inspiratie zijn.
Dat we altijd de kant kiezen van hen die het het moeilijkst hebben.
Dat we altijd kiezen voor verbinding in plaats van verdeeldheid.
Dat we kiezen om ons uit te spreken en te doen in plaats van stilletjes weg te kijken.

Ik sluit af met het gedicht ‘dag van Amsterdam’ van vermoedelijk Sem Davids

Wat men uit dezen bitt'ren tijd
Aan uur en dag vergeten mag;

Nooit deze onvolprezen dag.
Toen 't volk, dreiging en dood ten spijt,
Terwille der gerechtigheid,
Opstond voor 't volk dat onderlag.