De gemeente gaat op initiatief van GroenLinks, VVD, SP en D66 het aantal drinkwatertappunten in de stad verder uitbreiden. Vooral rondom scholen, speelplaatsen, parken en sportlocaties moeten nieuwe tappunten worden geïnstalleerd. Water is vele malen duurzamer en gezonder dan frisdrank en het moet volgens GroenLinks dan ook volop beschikbaar zijn in de stad.

Obesitas wordt in hoge mate veroorzaakt door de wijze waarop wij onze omgeving inrichten. Met deze investering in watertappunten neemt de gemeente haar verantwoordelijk om de omgeving minder ‘obesogeen’ te maken, dat wil zeggen: minder prikkels te bieden om ongezond te eten en drinken. Bijkomend voordeel is dat er hierdoor ook minder plastic flesjes op straat en in de parken terecht komen.

Wat de partijen betreft komt er bij ieder park, sportveld, school of speelplek minimaal één tappunt. Een inventarisatie moet uitwijzen om hoeveel locaties het gaat, maar op dit moment mikken de indieners op zo’n 300 extra drinkwatertappunten aan het einde van deze collegeperiode. Op dit moment zijn er ongeveer 180 tappunten in de stad.

Toenmalig GroenLinks-raadslid Evelien van Roemburg diende in 2012 een motie in om 150 extra tappunten te plaatsen, met name in parken en op pleinen. Sindsdien is het aantal watertappunten uitgebreid, maar nu moeten we doorpakken.

Naast een uitbreiding van het aantal plekken willen de indieners dat voortaan bij de aanleg van een nieuwbouwwijken het plaatsen van watertappunten direct wordt meegenomen in de (her)inrichting van de openbare ruimte. Bovendien kunnen op deze wijze kosten bespaard worden ten opzichte van het achteraf plaatsen.